-
1 appuyer
appuyer [aapŵie.ee]1 steunen ⇒ leunen, rusten2 drukken♦voorbeelden:1 appuyer contre le mur • leunen, steunen tegen de muurII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:appuyer une affirmation sur de bons arguments • een bewering op goede argumenten baseren1. v1) steunen, leunen, rusten2) beklemtonen5) baseren6) ondersteunen7) drukken (op)2. s'appuyerv1) steunen (op), leunen (op) -
2 insister
insister [ẽsiestee]〈 werkwoord〉2 aandringen ⇒ aanhouden, volhouden♦voorbeelden:insister pour qc. • op iets aandringeninsister sur le fait que, pour dire que • er met nadruk op wijzen datinutile d'insister • je hoeft niet verder aan te dringenil ne faut pas trop insister • u moet de zaak niet te ver doordrijvenn'insistons pas! • laten we er maar over ophouden! -
3 accentuer
accentuer [aaksãtuu.ee]1 de klemtoon, nadruk leggen op ⇒ beklemtonen, accentueren2 het toonteken, accent plaatsen op♦voorbeelden:1 sterker, heviger, groter worden ⇒ toenemen1. v2) benadrukken, beklemtonen3) vergroten, versterken2. s'accentuervduidelijker/sterker/groter worden, toenemen -
4 valeur
valeur [vaalur]〈v.〉♦voorbeelden:valeur vénale, marchande • handels-, marktwaardedoubler de valeur • in waarde verdubbelenprendre de la valeur • waarde krijgen, in waarde stijgenobjet de valeur • waardevol voorwerpmettre en valeur • productief maken, exploiteren2 homme de valeur • man met grote kwaliteiten, waardevol, verdienstelijk man3 mettre en valeur • tot zijn recht laten komen, goed doen uitkomen, de nadruk leggen opsans valeur • waardeloos1. f 2. valeursf plwaardepapieren, effecten -
5 appesantir
appesantir [aapəzãtier]1 verzwaren ⇒ loom maken, traag maken♦voorbeelden:1 zwaar worden ⇒ loom, traag worden2 drukken ⇒ benadrukken, nadruk leggen♦voorbeelden: -
6 mettre en valeur
mettre en valeurproductief maken, exploiteren————————mettre en valeurtot zijn recht laten komen, goed doen uitkomen, de nadruk leggen op
Перевод: с французского на нидерландский
с нидерландского на французский- С нидерландского на:
- Французский
- С французского на:
- Нидерландский